Groothandel: verschil tussen versies
(Nieuwe pagina aangemaakt met 'Door de opkomst van de supermarkten zijn kruidenierszaken eind jaren 1960 bijna geheel verdwenen. In 1929 waren er landelijk nog circa 29.000 kruideniers. In het be...') |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
(2 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven) | |||
Regel 1: | Regel 1: | ||
Door de opkomst van de supermarkten zijn kruidenierszaken eind jaren 1960 bijna geheel verdwenen. In 1929 waren er landelijk nog circa 29.000 kruideniers. In het begin van de twintigste eeuw ontstonden de | Door de opkomst van de supermarkten zijn kruidenierszaken eind jaren 1960 bijna geheel verdwenen. In 1929 waren er landelijk nog circa 29.000 kruideniers. In het begin van de twintigste eeuw ontstonden de groothandels of grossiers, die producten bij fabrikanten inkochten en deze leverden aan de detailhandel. Winkeliers namen hun waren af bij verschillende grossiers. Zij bekeken keer op keer waar zij het goedkoopste terecht konden. Die versnippering was voor de grossiers niet alleen een grote kostenpost; ze moesten ook fel met elkaar concurreren. Vlak voor en tijdens de Tweede Wereldoorlog ontstonden veel organisaties die probeerden de honderden kleine en grotere grossiers door het hele land in één organisatie, het vrijwillig filiaalbedrijf, samen te brengen. Dat gebeurde vaak door regionaal sterke grossiers. Zo ontstonden bijvoorbeeld de [[Spar]], de [[VéGé]], de [[Centra]] en de [[ViVo]]. | ||
[[ | [[categorie:Supermarkt]] |
Huidige versie van 4 nov 2015 om 16:20
Door de opkomst van de supermarkten zijn kruidenierszaken eind jaren 1960 bijna geheel verdwenen. In 1929 waren er landelijk nog circa 29.000 kruideniers. In het begin van de twintigste eeuw ontstonden de groothandels of grossiers, die producten bij fabrikanten inkochten en deze leverden aan de detailhandel. Winkeliers namen hun waren af bij verschillende grossiers. Zij bekeken keer op keer waar zij het goedkoopste terecht konden. Die versnippering was voor de grossiers niet alleen een grote kostenpost; ze moesten ook fel met elkaar concurreren. Vlak voor en tijdens de Tweede Wereldoorlog ontstonden veel organisaties die probeerden de honderden kleine en grotere grossiers door het hele land in één organisatie, het vrijwillig filiaalbedrijf, samen te brengen. Dat gebeurde vaak door regionaal sterke grossiers. Zo ontstonden bijvoorbeeld de Spar, de VéGé, de Centra en de ViVo.